Luchtfoto van het Europees Parlement in Brussel. Beeld: Simon Schmitt (EU)
Europese Unie
Het Europees Parlement heeft in 2019 een belangrijke resolutie over intersekse aangenomen.
Europese Unie
Mensenrechten binnen de Europese Unie (EU), van oorsprong toch een economisch en politiek verbond, zijn nog maar relatief kort geleden bindend erkend. In het Verdrag van Maastricht (1992) werd bepaald dat de EU fundamentele rechten respecteert. Maar pas in 2009, toen het Verdrag van Lissabon inging, werd het EU Handvest voor de grondrechten bindend voor instellingen van de EU en voor de lidstaten van de EU voor zover die EU-regels toepassen. In het Handvest voor de grondrechten1De term ‘grondrechten’ (Engels: fundamental rights) wordt gebruikt voor het concept ‘mensenrechten’ in de specifieke interne context van de Europese Unie. Traditioneel wordt de term ‘grondrechten’ gebruikt in een constitutionele (grondwettelijke) context, terwijl de term ‘mensenrechten’ in het internationaal recht wordt gebruikt. De twee termen hebben een soortgelijke betekenis zoals blijkt bij vergelijking van de inhoud van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie met die van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en het Europees Sociaal Handvest. zijn de grondrechten opgenomen die voortkomen uit:
- EU-verdragen,
- internationale verdragen en overeenkomsten (waaronder het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens EVRM uit 1950 en het Europees Sociaal Handvest uit 1989),
- gemeenschappelijke grondwettelijke tradities van de lidstaten van de EU,
- diverse verklaringen van het Europees Parlement.
http://www.europarl.europa.eu/sides/getDoc.do?type=TA&reference=P8-TA-2019-0128&language=NL&ring=B8-2019-0101
1. merkt op dat de schendingen van de mensenrechten van intersekse personen dringend moeten worden aangepakt en verzoekt de Commissie en de lidstaten om wetgeving voor te stellen om deze problemen aan te pakken;
Medicalisering en pathologisering
2. veroordeelt ten stelligste behandelingen en operaties voor geslachtsnormalisering; is verheugd over wetten die dergelijke operaties verbieden, zoals in Malta en Portugal, en spoort andere lidstaten ertoe aan om zo snel mogelijk soortgelijke wetgeving in te voeren;
3. benadrukt dat intersekse kinderen en intersekse personen met een beperking, alsook hun ouders en voogden, passende begeleiding en steun moeten krijgen, en dat zij uitvoerig geïnformeerd moeten worden over de gevolgen van behandelingen voor geslachtsnormalisering;
4. verzoekt de Commissie en de lidstaten om organisaties te steunen die de stigmatisering van intersekse personen willen doorbreken;
5. verzoekt de Commissie en de lidstaten om de financiering voor maatschappelijke organisaties die zich bezighouden met interseksualiteit te verhogen;
6. verzoekt de lidstaten om intersekse personen gemakkelijker toegang te verlenen tot hun medische dossier en om ervoor te zorgen dat kinderen niet blootgesteld worden aan onnodige medische behandelingen of operaties, zodat hun lichamelijke integriteit, autonomie en zelfbeschikking gevrijwaard blijven;
7. is van mening dat het bestempelen van interseksualiteit en haar varianten als een ziekte een rem vormt voor de uitoefening door intersekse personen van hun recht op de hoogst bereikbare gezondheidstoestand, dat verankerd is in het Verdrag van de VN inzake de rechten van het kind; verzoekt de lidstaten om ervoor te zorgen dat interseksualiteit niet meer als een ziekte wordt beschouwd;
8. is verheugd over het feit dat transidentiteiten in de elfde revisie van de ICD (ICD-11) tenminste tot op zekere hoogte uit de pathologische sfeer zijn gehaald; merkt echter op dat niet-gendernormatief gedrag tijdens de kindertijd als een pathologie wordt ondergebracht in de categorie “genderincongruentie” tijdens de kindertijd; verzoekt de lidstaten daarom om ervoor te zorgen dat deze categorie verwijderd wordt uit de ICD-11 en om toekomstige revisies van de ICD af te stemmen op hun nationale gezondheidsstelsels;
Identiteitsdocumenten
9. benadrukt het belang van flexibele procedures bij geboorteregistratie; is verheugd over de wetten die sommige lidstaten hebben aangenomen en die wettelijke gendererkenning op basis van zelfbeschikking toestaan; spoort andere lidstaten ertoe aan om soortgelijke wetgeving aan te nemen, waaronder flexibele procedures om gendermarkers, zolang die nog geregistreerd worden, en namen op geboortecertificaten en identiteitsdocumenten te veranderen (met inbegrip van de mogelijkheid tot genderneutrale namen);
Discriminatie
10. betreurt dat het niet erkennen van geslachtskenmerken een reden vormt voor discriminatie in de EU en benadrukt daarom dat dit criterium belangrijk is om intersekse personen toegang tot de rechter te bieden;
11. verzoekt de Commissie om de uitwisseling van goede praktijken over dit onderwerp te stimuleren; verzoekt de lidstaten de wetgeving aan te nemen die nodig is om te waarborgen dat de fundamentele rechten van intersekse personen, waaronder ook kinderen, voldoende worden beschermd, geëerbiedigd en bevorderd, en te waarborgen dat zij volledig worden beschermd tegen discriminatie;
Publieksvoorlichting
12. verzoekt alle relevante belanghebbenden om onderzoek naar intersekse mensen uit te voeren vanuit het perspectief van de sociologie en mensenrechten, en niet vanuit een medisch perspectief;
13. verzoekt de Commissie te garanderen dat de EU geen financiering verleent aan onderzoek of medische projecten die verder bijdragen aan de schending van de mensenrechten van intersekse personen in het kader van de Europese referentienetwerken (ERN’s); verzoekt de Commissie en de lidstaten onderzoek naar de mensenrechtensituatie van intersekse personen te steunen en te financieren;
14. verzoekt de Commissie om de rechten van intersekse personen op een holistische en een op rechten gebaseerde manier te benaderen en om het werk van haar directoraatgeneraal Justitie en Consumentenzaken, haar directoraat-generaal Onderwijs, Jongerenzaken, Sport en Cultuur en haar directoraat-generaal Gezondheid en Voedselveiligheid beter te coördineren teneinde een consistent beleid te garanderen alsook programma’s ter ondersteuning van intersekse personen, waaronder training van overheidsfunctionarissen en medische beroepsbeoefenaars;
15. verzoekt de Commissie om de intersekse dimensie in haar meerjarige lijst met maatregelen voor LGBTI’s voor de huidige periode te versterken, en om nu te beginnen met de voorbereiding van een vernieuwde strategie voor de volgende meerjarige periode (2019-2024);
16. verzoekt de Commissie om bij te dragen tot de uitwisseling van goede praktijken tussen de lidstaten voor de bescherming van de mensenrechten en de lichamelijke integriteit van intersekse personen;
Resolutie 1952(2013): het recht op lichamelijke integriteit
In een rapportage voor de Commissie sociale zaken, volksgezondheid en duurzame ontwikkeling zegt PACE-senator Marlene Rupprecht dat de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa vaak de aandacht heeft gevraagd voor geweld tegen kinderen waarvan duidelijk is dat de dader te kwader trouw handelt (seksueel geweld in verschillende contexten, geweld op school, huiselijk geweld, enzovoort). Maar zij constateert ook dat er nooit is gekeken naar de niet-medisch gerechtvaardigde schendingen van de fysieke integriteit van kinderen – schendingen die een langdurige impact kunnen hebben op hun leven. Om die reden heeft zij deze resolutie ingediend.
Lidstaten worden opgeroepen:
- onderzoek te doen naar het aantal niet-noodzakelijke en non-consensuele medische behandelingen en de medische behandeling te heroverwegen vanuit de rechten van het kind,
- bewustwording te bevorderen in de medische sector, scholen, religieuze gemeenschappen, en onder dienstverleners,
- opleidingen te bieden aan medisch en educatief personeel, en eventueel aan religieuze vertegenwoordigers, die aandacht besteden aan de risico’s, en alternatieven voor, bepaalde procedures,
- een openbaar debat op gang te brengen over het recht van kinderen op bescherming tegen schendingen van hun fysieke integriteit volgens de mensenrechtennormen,
- onderzoek te doen naar de specifieke situatie van intersekse mensen,
- ervoor zorgen dat kinderen geen onnodige, cosmetische medische of chirurgische behandelingen ondergaan,
- het recht op lichamelijke integriteit, autonomie, en zelfbeschikking garanderen,
- families met intersekse kinderen goede begeleiding en ondersteuning bieden,
- de interdisciplinaire dialoog tussen vertegenwoordigers uit verschillende beroepsgroepen te bevorderen om heersende tradities die geen rekening houden met de rechten van het kind te overwinnen,
- te werken aan de bewustwording dat kinderen op een voor hen passende wijze betrokken moeten worden bij beslissingen over hun lichamelijke integriteit,
- om bij wet vast te leggen dat bepaalde operaties en praktijken niet mogen worden uitgevoerd voordat een kind oud genoeg is om te worden geraadpleegd.
Human rights and Intersex People
In het rapport Human Rights and Intersex People 2015) heeft de Commissaris voor de Mensenrechten van de Raad van Europa Nils Muižnieks2Muižnieks was Commissaris voor de mensenrechten van 2012 tot 2018. een achttal aanbevelingen gepubliceerd.
- Lidstaten moeten een einde maken aan medisch onnodige “normaliserende” behandeling van intersekse personen, met inbegrip van onomkeerbare genitale chirurgie en sterilisatie, wanneer deze wordt uitgevoerd of toegediend zonder de vrije en volledig geïnformeerde toestemming van de betrokken persoon. Geslachtstoekennende behandeling moet beschikbaar zijn voor intersekse personen op een leeftijd waarop zij hun vrije en volledig geïnformeerde toestemming kunnen geven. Het recht van intersekse personen om geen geslachtstoekennende behandeling te ondergaan moet worden gerespecteerd.
- Intersekse personen en hun familie moeten interdisciplinair advies en ondersteuning krijgen, met inbegrip van peer support. De toegang van intersekse personen tot hun medische dossiers moet worden gewaarborgd.
- Nationale en internationale medische classificaties die variaties in geslachtskenmerken pathologiseren, moeten worden herzien met het oog op het wegnemen van belemmeringen voor het daadwerkelijk genieten van mensenrechten door intersekse personen, met inbegrip van het recht op het hoogst haalbare standaard van gezondheid.
- Lidstaten moeten de erkenning van intersekse personen voor de wet vergemakkelijken door het snel verstrekken van geboorteakten, burgerlijke registratiedocumenten, identiteitspapieren, paspoorten en andere officiële persoonlijke documenten, met inachtneming van het zelfbeschikkingsrecht van intersekse personen. Flexibele procedures moeten in acht worden genomen bij het toewijzen en opnieuw toewijzen van sekse/gender in officiële documenten, waarbij ook moet worden voorzien in de mogelijkheid om geen specifieke mannelijke of vrouwelijke geslachtsmarkering te kiezen. De lidstaten dienen de proportionaliteit van het verplicht stellen van geslachtsregistratie in officiële documenten te overwegen.
- Nationale wetgeving inzake gelijke behandeling en haatdelicten moet worden herzien om ervoor te zorgen dat deze wetgeving intersekse personen beschermt. Geslachtskenmerken moeten worden opgenomen als een specifieke grond in de wetgeving inzake gelijke behandeling en haatdelicten, of ten minste moet de grond van sekse of gender op gezaghebbende wijze worden geïnterpreteerd om geslachtskenmerken op te nemen als verboden grond van discriminatie.
- Nationale mensenrechtenstructuren zoals ombudsmannen, organen voor gelijke behandeling, mensenrechtencommissies en kinderombudsmannen moeten actief contact zoeken met intersekse personen, inclusief kinderen. Zij moeten een duidelijk mandaat krijgen om zich bezig te houden met kwesties die verband houden met intersekse personen en om slachtofferhulp aan hen te verlenen. De toegang van intersekse personen tot de rechter moet worden vergemakkelijkt.
- Lidstaten moeten onderzoek doen naar de situatie en de behoeften op het gebied van de bescherming van de mensenrechten van intersekse personen in verschillende omgevingen. Er is dringend behoefte aan een betere bewustmaking van het publiek en een betere beroepsopleiding over de problemen waarmee intersekse personen worden geconfronteerd. Intersekse personen en organisaties die hen vertegenwoordigen, moeten in staat worden gesteld om actief deel te nemen aan onderzoek naar henzelf en aan de ontwikkeling van maatregelen om hun genot van de mensenrechten te verbeteren.
- Schendingen van de mensenrechten die intersekse personen in het verleden hebben geleden, moeten worden onderzocht, publiekelijk worden erkend en rechtgezet. Ethische en professionele normen, juridische waarborgen en rechterlijke controle moeten worden versterkt om de naleving van de mensenrechten in de toekomst te waarborgen
Resolutie 2191(2017): stop onnodige medische behandeling
De Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa3In het Engels PACE – Parliamentary Assembly of the Council of Europe roept in Resolutie 2191(2017) op een einde te maken aan de non-consensuele onnodige ‘normaliserende’ medische behandeling van intersekse kinderen (PACE 2017).
In resolutie 2191 (2017) roept de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa (PACE) de lidstaten op de non-consensuele onnodige ‘normaliserende’ medische behandeling van intersekse personen te verbieden (PACE 2017). Behalve in situaties waarin het leven van een kind onmiddellijk gevaar loopt, moet iedere behandeling die tot doel heeft de geslachtskenmerken van intersekse kinderen te veranderen, worden uitgesteld tot het kind zelf kan beslissen. Verder wordt in de resolutie erkend dat bewustwording bij zowel gezondheidswerkers als de samenleving noodzakelijk is, en worden de lidstaten van de Raad van Europa opgeroepen intersekse personen die slachtoffer zijn van non-consensuele onnodige medische behandelingen een schadevergoeding toe te kennen.
Eerste keer
Het is de eerste keer dat een dergelijke resolutie op zo’n hoog politiek niveau is aangenomen. De rapportage en de resolutie, waar rapporteur Piet De Bruyn een jaar aan heeft gewerkt, was eerder al met algemene stemmen aangenomen door de Commissie voor Gelijkheid en Non-discriminatie van de Raad van Europa.
De resolutie is het logische vervolg op de in 2013 aangenomen resolutie 1952 (2013) over het recht van kinderen op lichamelijke integriteit (PACE 2013) en de in 2015 gepubliceerde aanbevelingen van de Commissaris voor de Mensenrechten van de Raad van Europa, Nils Muižnieks (Agius 2015).
Kort samengevat wordt in de resolutie opgeroepen tot het volgende:
Lidstaten worden opgeroepen om:
- intersekse mensen in staat te stellen op te komen voor het recht op lichamelijke integriteit en lichamelijke autonomie,
- intersekse mensen psychosociale en maatschappelijke hulp te bieden bij het omgaan met de uitdagingen die, ondermeer, voortkomen uit de houding van de maatschappij ten aanzien van intersekse.
- de registratie van sekse zo in te richten dat intersekse mensen daar niet door gehinderd/gediscrimineerd worden,
- discriminatie van intersekse personen op te nemen in antidiscriminatiewetgeving,
- onderzoek te doen naar de situatie en rechten van intersekse mensen,
- zowel professionals als het publiek bewust te maken van de situatie en rechten van intersekse mensen.
Referenties
Beeld: iStock.com/drpnncpp